top of page

BALINESE GAMELAN DOOR: 'GEBYAR SEKARSARI' 

Gamelan is de benaming voor zowel de muziekstijl, de muziekinstrumenten als de bespelersgroep ervan in Indonesië.

Een gamelanorkest bestaat voornamelijk uit slaginstrumenten zoals drums, kulintangs, gongs en xylofoons, maar ook bijvoorbeeld fluiten. Vooral op Java en Bali is de gamelan heel populair. Het is kenmerkend voor Indonesische volksmuziek.

De gamelan wordt als een van de hoogst ontwikkelde muzikale vormen ter wereld beschouwd. De gamelan hanteert een microtonale toonschaal die afwijkt van de in het Westen gebruikelijke gelijkzwevende stemming en maakt gebruik van complexe ritmische structuren.


De naam gamelan is afgeleid van 'gamel', een Oud-Javaans woord voor handgreep of hamer, omdat de meeste instrumenten van een gamelanorkest slaginstrumenten zijn. De Indonesische term 'karawitan' is de verzamelnaam voor zowel de Javaanse als de Balinese gamelanmuziek.

Een gamelanorkest kan bestaan uit vijf tot veertig instrumenten, waaronder de rebab (tweesnarige luit), de suling (bamboefluit), de kendhang (houten trommel), de bonang, de gender, de saron (xylofoon) en de gambang (xylofoon).


Balinese gamelanmuziek typeert zich door met name syncopische ritmes in een hoog tempo. Kenmerkend is het "sangsit"-spel. Sangsit-spelers spelen hetzelfde patroon maar dan net wat later dan de melodiespeler. De melodiepartij wordt verdubbeld. De Balinese gamelanmuziek kent schrille tonen en levendige ritmes.

bottom of page